Feestelijk

Verontrustend. De advertentie bestaat uit een paar regels; na twee keer lezen ken ik ze uit mijn hoofd. Natuurlijk, er staan belangrijker berichten in de krant. Verhalen die betrokkenheid verdienen, met verdriet, mededogen of geluk. Maar deze regels laten me niet los.

Het is niet duidelijk aan wie het met oranje krullen versierde bericht is gericht. De inhoud is kort en bondig en laat niets aan het toeval over: het programma van de Koningsspelen voor alle scholen in het land. Ik vind het voor Nederlandse begrippen behoorlijk schools en de toon nogal schoolmeesterachtig. Een advertentie uit de wereld van de jaren vijftig of een streng land achter het IJzeren Gordijn. Maar dat is niet wat me verontrust.

Het programma begint om half negen ’s ochtends heel onschuldig. Op alle scholen zetten de kinderen zich aan een “gezond en feestelijk ontbijt”. Daar is niks mis mee. Ik hap in gedachten in een feestelijke krentenbol met kaas, onwetend van wat komen gaat. Misschien heb ik een zelf geknutseld kroontje op en voel ik me open- top koningin.

Dan komt onherroepelijk het volgende programmaonderdeel. Bij het lezen daarvan - ook bij de tweede en derde keer - slaat de paniek als een natte handdoek om me heen. Het staat er echt, er is geen ontkomen aan: kinderen dansen op “Bewegen is gezond”. Ik hoor me koortsachtig denken hoe ik vluchten kan, of ik stilletjes een boek kan lezen. 

De juffrouw zal me uit mijn dromen helpen. Ze roept dat we allemaal gezellig meedoen en dat iedereen kan dansen. Ik versteen en hoop op een verlossend “in de hoek!”. Maar mijn onwil is niet fout genoeg of de dag te feestelijk. De juffrouw pakt mijn hand en slingert mijn arm omhoog en omlaag. De rest van mij knarst er als een houten Jan Klaassen achteraan.

Het programmaonderdeel duurt vijftien minuten, maar het lijkt wel een uur. Om kwart voor tien zijn mijn leeftijdgenootjes in het hele land door het dolle heen, en ik ben uitgeput. Het laatste onderdeel is “sportdag”. Dat klinkt veilig, maar “scholen zijn vrij om deze in te vullen”. Ik verdring het doembeeld van een moderne school waar even moderne moeders een eigentijdse sportdag hebben bedacht, met energieke aerobics op een oorverdovende beat. Ik gun mezelf een hopeloos ouderwetse jarenvijftigsportdag, of desnoods een van achter het IJzeren Gordijn. Met hardlopen en verspringen. Desnoods met discuswerpen en kogelstoten. Aan mijn lijf geen polonaise. Dan ben ik de koning te rijk.

 

Renske Postma, 28 april 2013